Na twee jaar in Molveno en omgeving te hebben gefietst was het tijd voor een verandering van omgeving. Bij sommig van ons was Pozza di Fassa bekend van wintersport. Zelfs ik ben er eens doorheen geskied in 2008 (wintersport met SNOW). De rotsen van de “Sella Ronda” maken gelijk bij aankomst indruk. Tijdens het fiets zijn de kale rotsen bijna altijd te zien en op de eerste dag zijn we wel heel dichtbij als we de Passo Sella (2244m) overgaan. De Italiaanse eigenaren van het Hotel “El Geiger” verassen ons dagelijks met heerlijk maaltijden en een goed glas wijn. Ook in de Grappa Bar in het dorp is goed vertoeven na een dag tegen bergen op fietsen met soms een stijging percentage van 18%. Het weer is heerlijk, zelfs op 2000 meter. De eerste dag weet ik op de laatste klim als eerste boven te komen, mede door een lekke band van de favoriet. Ik heb echter het laatste stuk van die klim pijn in mijn linker knie, die steeds erger wordt. De volgende dag blijkt dat niet over en moet/ga al na de eerste klim weer naar het hotel terug. Dankzij kleinere tandwielen voor (36-50 ipv. 39-53) gemonteerd door de plaatselijke fietsenmaker, een pil en blauwe tape van de fysiotherapeut in ons gezelschap, kan ik dag drie en vier gewoon fietsen, alhoewel de pijn nooit echt weg gaat. De laatste dag gaat het regenen tijdens de laatste klim en als iedereen is opgewarmd om af te dalen vertrek is als eerste vooruit, want in het slecht weer is mijn afdaal snelheid wel heel slecht. Langsaam ga ik naar beneden, als er plotseling en hele grote alpenmarmot (Marmota marmota) oversteekt. Tegelijkertijd stopt er een busje, het is de Flavio de Hotel eigenaar die zich zorgen maakte waar toch die Hollanders blijven met dat slecht weer. Of ik mee wilde met het busje terug naar het Hotel? In eerste instantie bedank ik, maar als het busje wederom langs komt, ben ik zo koud en zo weinig opgeschoten dat ik instap.