Een late marathon, pas om half tien mogen we de baan op. Met een net gedweilde een goede ijsvloer, want het is aardig koud. De veertig ronden van de C2 beginnen redelijk rustig, maar het tempo neemt wel toe en het peloton wordt lang gerekt. Regelmatig proberen er rijders te ontsnappen en als een grotere groep 50 meter heeft probeer ik er naar toe te rijden. Dat lukt en uiteindelijk blijkt het een grote groep te zijn waarin ik zit. De voorsprong neemt echter niet toe en het gat wordt door het peloton toch weer dicht gereden. Na nog een mislukte poging zie ik in mijn ooghoek twee rijders naar voren rijden met de bedoeling weg te komen. Ik besluit er niet achteraan te gaan, ondanks dat het twee rijders zijn die het zouden kunnen. Met nog 10 ronden te gaan hebben de ontsnapte rijders bijna een ronde voorsprong. En terwijl ik denk, “Zouden we eerder moeten afsprinten” wordt er omgeroepen dat het peloton bij de het ronde bord op zes de bel krijgt. Ondertussen ben ik achterin het peloton geraakt en om deel te kunnen nemen aan de sprint, moet ik naar voren. Er zijn er meer die dat denken en het is niet eenvoudig, maar uiteindelijk rij ik als de bel gaat voorin. Als ik de één na laatste bocht in ga rijdt er voor mij iemand die enkele onverwacht bewegingen maakt en ik verlies snelheid. De laatste bocht kom ik weer goed op gang en kan weer mensen inhalen op de laatste honderd meter, maar meer dan een elfde plek zit er niet in.