Vorig jaar liep ik een hele snelle tijd en dus waren ook dit jaar de verwachtingen hoog. Het startvak is dit jaar voor het eerst veel smaller dan de Kleiweg waarover het begin van de 10Km wordt gelopen. En alhoewel ik 30 seconden na het startschot pas vertrek, gaat het inhalen van de iets langzamere lopers vrijwel zonder problemen. De eerste ronde van 3.33 kilometer lukt het me om ontspannen te blijven ademhalen en lopen. Maar de twee ronde merk ik dat ik ondanks het “goede” gevoel niet sneller kan lopen dan iets onder de 4:30 minuten per kilometer terwijl ik de eerste ronde onder de 4:20 liep. Achteraf is te zien dat ik kilometer 7 in 4:40 doe en gelukkig weer kan herstellen naar onder de 4:30. De vele bekenden langs de weg, en de hele lange-dwars-straat natuurlijk, die me aanmoedigden hebben zeker bij dat herstel geholpen. Uiteindelijk ben ik een minuut langzamer dan in 2018: 44:01. Het prima gevoel dat ik tijdens het lopen had hielp me niet aan supertijd, maar maakte wel dat ik kon genieten van de prachtige loop-avond.